Lezen gaat zo veel beter met wat muziek:
Het is moeilijk nog te weten wat de voorbije dagen allemaal gebeurd is. Niet dat ik zat was of mijn hoofd gestoten heb. Hier in Gävle gebeuren gewoon enorm veel noemenswaardige dingen waardoor bepaalde herinneringen niet tijdig naar boven borrelen bij het schrijven van mijn blog.
Vorige week gingen we gratis naar een ijshockeywedstrijd. Het gebouw is immens groot en van de massa mensen, die als fans in geel met rode jasjes door het gebouw marcheerden, kan hetzelfde gezegd worden. Vreemd genoeg (voor Belgen weliswaar) is het verboden om in dit stadion alcohol mee te nemen naar de tribunes. In een hoek van het gebouw zit een kroeg verscholen waar enkel meerderjarigen binnen mogen om bier te drinken. Je drankje meenemen buiten de kroeg is er absoluut uit den boze. Met veel panache maakten de hockeyspelers van Gävle hun intrede in het stadium. Ze doemden op uit een rookpluim en schoten zo het ijs op. De wedstrijd zelf was iets minder spectaculair. Al gauw werd duidelijk dat de thuisploeg pijnlijk efficiënt in de pan werd gehakt door de in wit geklede tegenspelers. Na twintig minuten hadden Kjersti en ik er dan ook genoeg van. Niet omdat de wedstrijd niet interessant was, maar vooral omdat we tussen de ‘uberfans’ stonden die niets liever deden dan belachelijk luide liederen te roepen en met een al even belachelijk luide trommel aan de haal te gaan. Diezelfde avond hoorden we dat Gävle met 7-1 verloor. Wat een mop!
We gingen dan maar naar de ICA (de supermarkt die het dichtst bij mijn appartement ligt) om daarna de zoektocht in te zetten naar Pinnmovägen 24. Het eerste bezoek aan mijn appartementsgebouw kreeg meteen een hilarische noot toen bleek dat er een ‘Henriette Sletbak’ verbleef. Des te grappiger is dat deze gekke achternaam mijn buurvrouw is.
Vorige vrijdag kon ik eindelijk de sleutels ophalen van mijn appartement. Na lekker vroeg opgestaan te zijn, ontdekte ik in mijn stapel papierwerk dat de sleutels pas vanaf 12u beschikbaar waren… Toen kreeg ik een telefoontje van Verena (een Oostenrijkse). Ik mocht met hen mee in de wagen met Bengt die ons naar het kantoor van Gavlegardernadadinges bracht. In de auto werd veel gesproken over de politieke toestand in België. In Zweden zou het er momenteel ongeveer hetzelfde aan toe gaan. Kortom, frustraties werden op tafel (nu ja, op het dashboard) gegooid. Zoals overal in Zweden moesten we een nummer trekken en wachten, wachten, wachten… Nummer 224! Eindelijk kregen de twee Oostenrijkse dames en ikzelf onze sleutels. Mijn appartement is iets groter dan de andere Belgen die alleen zitten. Op het eerste gezicht was ik erg blij met het appartement, maar mijn voorgang(st)er had ‘kunnen kuisen’ blijkbaar niet in haar talentenboekje staan. De helft van mijn potten en pannen zijn onbruikbaar (roest en gammele toestanden) maar gelukkig is Ikea ieders vriend! Momenteel is het mijn missie om de witte muren weg te werken met posters en kaarten en alles wat ik maar vinden kan.
De Oostenrijkse dames (Verena en Antonia) hadden minder geluk met hun ONBEMEUBELD appartement. Er waren geen bedden en geen lampen. Daarom besloten ze het gezellig te maken met kaarsen en Oostenrijkse ‘Gletscherpower’. Na verwoede pogingen om mij te laten meedoen, besloten ze maar om zonder mij hun drankspelletjes te volbrengen. Het was gezellig met al die kaarsjes, maar ik zocht al snel mijn eigen stekje op. Ondertussen heeft het duo al bedden en ander materiaal gekocht zodat hun appartement toch bemeubeld is.
De leukste avond tot nu toe was de ‘sauna-en-pannenkoekenavond’ bij Lissa en Kjersti thuis. Marianne (‘la mama’) bakte pannenkoeken nadat we een heerlijk sauna-avontuur beleefd hadden. Een groepsfoto in de sneeuw mocht natuurlijk niet ontbreken! Wie goed kijkt, ziet dat ik nog reclame heb proberen maken voor de zwemclub (badmuts in de hand)! Of wou ik jullie misschien gewoon jaloers maken…? Alleszins, de foto is te wazig om het te kunnen zien.
Gisteravond hebben we gegeten in een Amerikaanse western-eettent. Ik nam de BBQ Spareribs en kreeg de overtollige hoeveelheid aan sauzen, ribben, groenten en ander lekkers niet eens op. Er speelde countrymuziek en de obers waren in volle cowboyglorie gekleed. Alsof dat niet spectaculair genoeg was, kregen we cowboyhoeden opgezet en strooide een ober pinda’s over onze tafel. Het ‘afval’ van de nootjes moesten (jawel, moesten) we op de grond gooien! Dat zou goed zijn voor de vloer, al ga ik dat niet in mijn appartement proberen.
Daarna dronken we nog iets met Suzanne (een Zwitserse) die jarig was. De hele groep buitenlandse studenten die samen met ons de Zweedse les volgen, zat samen in een gezellige pub genaamd ‘Harry’s Pub’. In enkele pogingen om Duits te praten, leerden Verena en Antonia (je mag haar Tony noemen) me het zinnetje dat als titel van deze blog mag dienen (zolang ik hun namen maar vermelde).
Straks heb ik les van Bengt (13u tot 16u) en ik moet me nog douchen en een artikel lezen!
Groetjes uit het momenteel grijze Zweden!!!
Hejdå (saluutjes)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten